DIE ZAUBERFLÖTE
DEUTSCHE OPER IN TWEE BEDRIJVEN VAN WOLFGANG AMADEUS MOZART
EERSTE BEDRIJF
TWEEDE BEDRIJF
FOTO'S © Karijn Dillmann / Pedro Malinowski 2009
PRODUCTIE
Musiktheater im Revier Gelsenkirchen
intendant: Michael Schulz
première: 19 december 2009
(heropeningspremière / 50-jarig jubileum van het Musiktheater im Revier)
muzikale leiding: Rasmus Baumann
regie / decor: Michiel Dijkema
kostuums : Claudia Damm
dramaturgie: Juliane Schunke
Sarastro: Michael Tews / Dong-Won Seo
Tamino: Lars Rühl
Sprecher: Bjørn Waag / Joachim G. Maaß
Priester: William Saetre
Die Königin der Nacht: Diana Petrova
Pamina: Petra Schmidt
1. Dame: Richetta Manager
2. Dame: Noriko Ogawa-Yatake
3. Dame: Anna Agathonos / Almuth Herbst
1. Knabe: Migena Gjata
2. Knabe: Engjellushe Duka
3. Knabe: Denitsa Pophristova
Papageno: Piotr Prochera
Ein altes Weib / Papagena: Alfia Kamalova
Monostatos: E. Mark Murphy
1. geharnischter Mann: William Saetre
2. geharnischter Mann: Dong-Won Seo / Joachim G. Maaß
Das Glockenspiel: Klaus Neitzke / Dieter Salje
koor en figuranten van het Musiktheater im Revier (koordirigent: Christian Jeub)
orkest: Neue Philharmonie Westfalen
IN DE PERS
“aaneenschakeling van hoogtepunten”
Een betoverend nieuw begin
Met Mozarts Zauberflöte beleefde het Musiktheater im Revier zijn bejubelde heropening. En die werd werkelijk een aaneenschakeling van hoogtepunten. Hoe moeilijk het is om de verschillende stijlniveaus en bewuste stijlbreuken van deze geniale Mozart-opera te begrijpen en tot een fantastisch geheel te smeden, is van talrijke producties bekend. Hier zijn Gelsenkirchens chef-dirigent Rasmus Baumann en de Nederlandse gastregisseur en decorontwerper Michiel Dijkema het volledig met elkaar eens: Mozarts muziek heeft alles wat er gebeurt te bepalen. Niets op het toneel staat de muziek in de weg en door de enscenering ontpopt de muziek zich als toekomstgericht, ja zelfs opwindend modern. Alles klopt, de contrastrijke kostuums, de moedige interpretatie van inwijdingsrituelen, het in elkaar grijpen van humor en drama, van lichtvoetigheid en diepzinnigheid. Iedereen zet zich in met veel talent, met groot enthousiasme en met hart en ziel.
Heinz-Albert Heindrichs
Ruhr Nachrichten
20 december 2009
“geestig, fantastisch, briljant [...] meesterlijk”
Geen wierook bij Sarastro
Geestig, fantastisch, briljant: Gelsenkirchens operahuis doet zichzelf een fabuleuze Zauberflöte cadeau
Het Musiktheater im Revier heeft voor zijn vijftigste verjaardag veel redenen om te vieren. Met de nieuwe productie van Die Zauberflöte is er nog een goede reden bijgekomen. Misschien heeft het premièrepubliek wel de mooiste Mozart-enscenering gezien, die de programma’s van de theaters in de regio op het moment te bieden hebben. [...] een enscenering, die plezierig clownesk is, die de personages origineel schetst, zonder al te veel wierook in de „heil’gen Hallen” te blazen. Neem bijvoorbeeld de drie dames, afgezanten van de koningin van de nacht. Zij veroveren het toneel als rabiate oude besjes. Drie verrukkelijke oma's, die geen moment aarzelen om met hun handtasjes uit te halen, als de fluitist uit het orkest zijn instrument weigert te geven. Of Papageno: Dijkema toont hem klassiek, maar zijn opkomst is niet in de laatste plaats vanwege zijn klokkenspel sensationeel. Dat wordt in het libretto “kleinood” genoemd – en één van de briljante schertsen van de toversprookjesverteller Dijkema is dat hij hem een enorm waanzinspakket met het opschrift “Voorzichtig! Magie!” op zijn rug bindt. Daarin bevindt zich een stokoude man, met een zwengel aan te drijven... Deze Zauberflöte doet geen poging om een stuk, dat ondanks zijn enorme populariteit vanaf de geboorte aan dramaturgische zwaktes lijdt, verheven te doen voorkomen. Hier is het priesterrijk van Sarastro geen geleerdenrepubliek en al evenmin zonder fouten. Het jachtgezelschap van de opperpriester (hetgeen door het libretto wordt voorgeschreven) knalt de potsierlijke dieren, die kort ervoor nog door de muziek getemd werden, overhoop. En voetzoolzweepslagen, een geldig betaalmiddel in het paleis der wijzen, worden geenszins zonder plezier gegeven. Maar zo is dat nu eenmaal in Mozarts raadselachtigste opera: het kwade is niet alleen kwaad, het goede niet alleen goed. De voorstelling vertelt daar met ongemeen veel fantasie over. Je zit in je stoel, staat verbaasd en laat het over je heenkomen – lust, verlangen, de zoektocht naar zingeving, eenzaamheid. Hoe Dijkema de moeilijke beproevingsscènes tot aan de grenzen van een Copperfield-show (inclusief grafkist en rook) voert, zonder het verhaal omlaag te halen – meesterlijk.
Johannes Kopps
Der Westen
20 december 2009
“komisch en existentieel serieus”
Een overtuigend ensemble
De jonge Nederlandse regisseur en decorontwerper Michiel Dijkema vertelt het verhaal als “theater binnen het theater” en baseert zich daarmee heel duidelijk op de zaal in Gelsenkirchen. Zijn decor is een voortzetting van de zaal in de vorm van een zich in de diepte steeds verkleinend barok toneel. De muren worden in dezelfde kleuren en materialen in de diepte voortgezet, het rode gordijn herhaalt zich steeds weer en geeft telkens als het geopend wordt een nieuw rood gordijn aan het oog prijs... [...] Wat zich achter het laatste rode gordijn bevindt, krijgen noch de toeschouwers, noch de personages ooit te zien. [...] Het theater laat een weg naar zelfkennis zien. Dijkema’s rijke, slimme, fantasievolle, komische en existentieel serieuze enscenering is een diepe buiging voor het theater, maar eist ook veel van het theater. Meer kan je niet wensen als inwijding van het theater op zijn vijftigste verjaardag en ter gelegenheid van de heropening.
Ulrike Gondorf
Deutschlandradio Kultur
19 december 2009
“ontketende fantasie”
Veelmeer flakkeren scènes vol “scherts, satire, ironie” door het absurd vormgegeven decor [...] Michiel Dijkema richt zich hier heel consequent op de ontketende fantasie, die deze zo inconsequente opera kan vrijmaken – bij “betekenis-zoekenden”, bij regisseurs, acteurs, decorontwerpers – en bij het publiek! [...] Er ontstaat de permanente noodzaak tot reflectie, om nieuwe verrassende constellaties te begrijpen, om de receptieroutine te verlaten. En de vraag naar de zin? Mon dieu, wat is zinvoller in het theater dan het vrijmaken van bedolven fantasie?! In Dijkema’s facettenrijk-gedetailleerde decor bewegen zich personages in kostuums met een veelheid aan interpretatiemogelijkheden [...] Het gehele ensemble acteert met verve en is vocaal overtuigend. Voor het vijftigjarig jubileum van het Musiktheater im Revier is deze Zauberflöte een belofte voor de toekomst. De enscenering verwijst toch naar de “spiritualiteit” van het theater – zonder een “belerende instelling” te willen zijn. Het lijkt aan het einde van de zo prikkelde “show”, alsof de “boodschap” bij het publiek is aangekomen: leve de fantasie!
Franz R. Stuke
Opernnetz
20 december 2009
“fris en onversleten”
Theater, niets dan theater!
Een soort theatrale hoorn des overvloeds, waar net zo makkelijk poppenkasttheater uit tevoorschijn komt als grote humanistische ideeën. Bont en vaak ook schril, vol verrassingen en af en toe een beproeving. Zo in ieder geval presenteert deze opera zich in Gelsenkirchen. Dijkema en kostuumontwerpster Claudia Damm proberen om het stuk conventioneel in de traditie van het Weense voorstadtheater, van waaruit het ook ontstaan is, en tegelijkertijd ook op geheel nieuwe wijze te vertellen. Maar vooral willen ze verrassen. Vaak ook overrompelen. [...] Als toverfluit wordt onverwijld de dwarsfluit van een musicus uit de orkestbak afgepakt en het klokkenspel is vakkundig in een kartonnen doos met het opschrift “Caution! Magic!” verpakt – daarin zit een minicelesta inclusief enorm stoffige bespeler verstopt. [...] Veel weelderig theater dus, dat in veel opzichten een frisse en onversleten indruk maakt.
Stefan Schmöe
OMM – Online Musik Magazin
20 december 2009
“betoverend [...] ironisch gebroken”
Coloraturen met Kalasjnikov
Het Musiktheater im Revier brengt een geslaagde Zauberflöte met sprookjesachtige volksmagie
Dijkema heeft Schikaneders voorstadklucht als zijn eigen ontwerper met betoverend kleurige beelden geïllustreerd. [...] Dijkema heeft de tempelcult van Sarastro ironisch gebroken. Hier is voor een aanzienlijk deel de dialectiek van de Verlichting meegeënsceneerd. De reinigingsrituelen, die Tamino en Papageno moeten ondergaan, zijn niet vrij van repressie. En de gevangenen in de kerker van Monostatos blijken sporen van folter te hebben. Ondertussen treden Sarastro en zijn mannen als oerbeiers jachtgezelschap op. Dat is een lust voor het oog. En tot de voordelen van deze enscenering mag gerekend worden, dat zij het lage paar handig en vrij van de ergste clichés opwaardeert.
Bernd Aulich
Recklinghäuser Zeitung
22 december 2009
“een exceptionele avond”
Moge het werk veeleisend zijn – maar afstand houden alstublieft
Tot besluit het hoogtepunt van dit ambitieuze openingsprogramma met Die Zauberflöte. [...] Een Tamino die bijna onder zijn Pamina-portret bezwijkt; een Papageno wiens uitstapjes in het publiek voor bijzonder veel hilariteit zorgen en een koningin van de nacht in fantasylook met imitatiegeweer. Zeer geestig daarbij de drie dames als knotsgekke oudjes, niet minder geestig de drie knapen als omlaag zwevende dwergen met volle baarden. Zo Gelsenkirchener- barokachtig wordt Mozart alleen in het Musiktheater im Revier gespeeld. [...] Al met al was dit voor de mogelijkheden van een stadtheater een exceptionele avond.
Georg Beck
Neue Musikzeitung
18 januari 2010
“meer dan genoeg te lachen”
Het donkerrode gordijn ging op bij de klank van de houtblazerakkoorden: De verzamelde priesters droegen kleding in exact dezelfde kleur, hetgeen een soort eenheid tussen de priesterwereld en het orkest suggereerde. Michiel Dijkema ontmaskerde alles wat hem al te eerbiedig voorkwam – een principe dat hij gedurende zijn hele productie consequent aanhing. [...] Er viel meer dan genoeg te lachen, maar ook de pedagogische elementen van het werk werden wel degelijk serieus behandeld.
Christoph Zimmermann
Opera
April 2010
“Het kan niet goedkoper.”
Dijkema's benadering het werk in de traditie van Weense voorstad- en tovertheaterstukken te plaatsen is meer dan legitiem. Er is veel voor het oog, kleurrijke maskerade en beweging. Het is geen moment saai. [...] Zonder de vrijmetselaatsachtergrond blijft het stuk onbegrijpelijk. [...] Het kan niet goedkoper.
Pedro Obiera
Alsfelder Allgemeine
20 december 2009
“ironisch licht, gewichtloos losjes”
Zo ironisch licht, zo gewichtloos losjes hebben we Die Zauberflöte al een heel lange tijd niet meer gezien [...] Er wordt meer dan respectabel gezongen - en gepeeld zoals in nauwelijks een ander huis van deze omvang. [...] Drie zalige uren Mozart die uitpuilen van de regieideeën.
Pitt Herrmann,
Sonntagsnachrichten
27 december 2009
IN DE PERS - REPRISE 2015
(WORDEN LATER VERTAALD)
“prall, frisch und abgedreht clownesk”
Zauberflöte am Musiktheater einhellig gefeiert
Nach fünf Jahren setzte das Musiktheater im Revier erneut seine Inszenierung der populären Mozart-Oper auf den Spielplan. Mit Erfolg! […] das Publikum kichert, schmunzelt und lacht. Auch fünf Jahre nach der Premiere ist Mozarts Märchenoper „Die Zauberflöte“ am Musiktheater im Revier prall, frisch und abgedreht clownesk wie am ersten Tag. […] Die Wiederaufnahme der Erfolgs-Inszenierung im ausverkauften Großen Haus auf einhellige Zustimmung. Und das völlig zu Recht. Denn nicht nur das zauberhafte, wenig weihevolle Konzept der Regie ging einmal mehr auf, sondern auch die fast komplette Neubesetzung der Gesangspartien gelang weitgehend perfekt.
[…] Auch die Wiederaufnahme mit ihren zahllosen Regieeinfällen kommt fast völlig ohne Requisiten aus, die Bühnenflucht allein mit sich immer neu öffnenden roten Vorhängen genügt dem Spiel der Fantasie.
Elisabeth Höving
Der Westen
20. Januar 2015
“keineswegs konventionell [...] überzeugend”
Prüfungen im Sarg
Das Haus ist nicht nur nahezu bis zum letzten Platz gefüllt, sondern die Produktion wird vom Publikum auch mit großem Applaus bedacht. [...] Dabei präsentiert Dijkema keineswegs einen konventionellen Ansatz, sondern bleibt in weiten Zügen sehr abstrakt. Ein Bühnenbild im eigentlichen Sinne existiert nicht. Stattdessen gibt jeder sich öffnende rote Vorhang den Blick auf einen weiteren Vorhang frei und setzt die Vorderbühne nach hinten fort. So hat man das Gefühl, das Innere des Weisheitstempels nie erreichen zu können, und stellt sich ernsthaft die Frage, was Sarastro mit seinen Priestern hier eigentlich hütet. […] Die Überwindung der Todesangst wird dabei von Dijkema fast schon makaber in Szene gesetzt. […] Neben diesen eher ernsten Aspekten arbeitet Dijkema allerdings auch die komischen Elemente der Oper überzeugend heraus. […] eine gute Idee, diese Inszenierung nach fünf Jahren wieder auf den Spielplan zu setzen.
Thomas Molke
OMM
19. Januar 2015
“Publikumsrenner [...] Klatschmärsche”
Voller naivem Märchenzauber und mit dem entfesselten Spielwitz eines Theaters, das mit schlichtesten Mitteln Feuer entfacht. Nicht von ungefähr zählt ein voluminöser simpler Karton mit der Aufschrift „Vorsicht! Zauber“ zu den wichtigsten Requisiten. […]
Diese Produktion besitzt […] das Zeug zum Publikumsrenner. Das zeigten die Klatschmärsche, mit denen das Publikum nun im ausverkauften Großen Haus die Wiederaufnahme feierte.
Bernd Aulich
Recklinghäuser Zeitung
20. Januar 2015
N.A.V. RECENSIE ANDERE PRODUCTIE
„starke Deutung“
Die starken Deutungen des Werks, wie in der Region etwa Rheinoper (Kosky) und Musiktheater im Revier (Dijkema)
[...]
Lars von der Gönna
Der Westen
27. November 2016
IN DE PERS - REPRISE 2017
(WORDT LATER VERTAALD)
„frische, bildgewaltige und unkonventionelle Sicht […] Unbedingt empfehlenswert!“
„Die Zauberflöte“ begeistert gefeiert
Diese Inszenierung trägt noch immer. Auch in der dritten Wiederaufnahme seit dem Jahre 2009 begeistert Michiel Dijkemas frische, bildgewaltige und unkonventionelle Sicht auf Wolfgang Amadeus Mozarts Märchenoper „Die Zauberflöte“. […] Die neue, alte „Zauberflöte“: Auch denjenigen, die bereits die ersten Versionen gesehen haben.
Elisabeth Höving
WAZ
17. September 2017
„drei beglückende Stunden“
Die ironisch-leichte, schwerelos-lockere Mozart-Inszenierung der „Zauberflöte“ von Michiel Dijkema, die dem Publikum nach der Premiere vor acht Jahren drei beglückende Stunden bereitete, ist wieder am Kennedyplatz zu erleben.
Zum 50. Geburtstag des Gelsenkirchener Musiktheaters im Revier hatte Intendant Michael Schulz „seinem“ Publikum gleich zwei schönste Geschenke gemacht: Der Sternenhimmel im frisch renovierten Großen Haus funkelte wie Friedrich Schinkels legendärer „Zauberflöten“-Bühnenprospekt für die Berliner Lindenoper und die Neuinszenierung des opus summum, Mozarts letztes Bühnenwerk, hatte er in die Hände des jungen Niederländers Michiel Dijkema gelegt. So ironisch-leicht, so schwerelos-locker hatten wir die „Zauberflöte“ schon lange nicht mehr gesehen […] Mitte September 2017 ist die Erfolgsproduktion wieder ins Repertoire am Kennedyplatz aufgenommen worden.
Pitt Herrmann
Sonntagsnachrichten
24. September 2017